Division Q, zusterbedrijf van Koppert Cress, ontwikkelde samen met Gibbs Analytics Consulting de ‘Uitstootvoorspeller’, een prognosetool voor toekomstige CO2e-reducties. De tool ondersteunt Koppert Cress bij het realiseren van hun ambitieuze reductiedoelstellingen: het bedrijf wil toe naar een klimaatpositieve bedrijfsvoering per 2026. Door de emissieberekeningen te koppelen aan de omzetverwachtingen kan Koppert Cress de impact van duurzaamheidsinspanningen inschatten. Via scenario’s kan het bedrijf de meest effectieve reductieroute bepalen.

Duurzaamheidsverslagen en CO2-rapportages inventariseren de emissies van het afgelopen jaar. En terugkijken is cruciaal om de grootste emissiehotspots in de bedrijfsvoering te identificeren. Maar om een ambitieuze reductiedoelstelling te realiseren, is juist vooruitkijken van belang. 

Emissiereductie via zusterbedrijf Division Q

De glastuinbouwsector heeft als doel om in 2040 klimaatneutraal te zijn. Koppert Cress wil daar op vooruitlopen. Het bedrijf zette al grote stappen om de eigen uitstoot te beperken (scope 1 en 2). Zo was het bedrijf al in 2010 een van de eerste grootschalige gebruikers van ledverlichting. Via zonnecollector Hortizon, aquathermie en de watergekoelde led-verlichting wordt warmte geoogst en ondergronds gebufferd met het WKO-systeem. Ook wordt gewerkt aan een aardwarmte-aansluiting. Daarnaast zorgen duurzamere productverpakkingen voor een lagere uitstoot en een hogere recyclebaarheid. Alle duurzaamheidsprojecten zijn ondergebracht bij zusterbedrijf Division Q, dat de footprint reduceert door eigen projecten en samenwerkingen in de keten.

Eerder dan 2040 klimaatneutraal

In samenwerking met Forliance stelt Koppert Cress jaarlijkse de eigen uitstoot vast. In 2023 kwam deze op 23.252 ton CO2e (scope 1, 2 en 3). Het bedrijf stelt zich tot doel om de emissies, inclusief scope 3, in 2036 te reduceren tot 1.650 ton CO2e-uitstoot. Belangrijke componenten zijn de teelt in een hightech kas, en vanwege de wereldwijde markt transport en verpakking. “Er zal altijd enige uitstoot blijven”, geeft Division Q-directeur Bart van Meurs aan. “Maar we hebben als doel om die tot het uiterste minimum te beperken. Vanaf 2026 gaan we onze uitstoot intern beprijzen. Daarmee wordt de business case van reducerende maatregelen sneller interessant. Een duurder proces, maar op de langere termijn verdient de versnelde reductie zich weer terug.”

Verduurzamingstrajecten onderling vergelijken

Inmiddels lopen er 36 projecten met elk hun eigen impact op de voetafdruk, vaak ook meerdere projecten binnen hetzelfde thema. Elk project heeft daarbij een eigen roadmap. Maar wat is de gezamenlijke impact van deels overlappende projecten? Hoe vergelijk je de impact van overstappen op geothermie, waardoor de gaskraan dicht kan, met een project dat het gewicht van alle verpakkingen 10% reduceert? In hoeverre dragen die twee projecten samen bij aan het behalen van de emissiedoelen? En staat de impact van zo’n project in verhouding tot de kosten? Om die vragen sneller te kunnen beantwoorden schakelde Division Q de hulp van Gibbs Analytics Consulting in. Het resultaat van de samenwerking is de Uitstootvoorspeller, een tool die prognoses maakt van de verwachte CO2e-emissies. 

Koppeling aan prognoses

De Emissievoorspeller is gekoppeld aan de prognoses die Gibbs voor Koppert Cress maakt en sluit aan bij de jaarlijkse emissieberekeningen. Voor alle bedrijfsactiviteiten worden subprocessen gekwantificeerd, bijvoorbeeld de verbranding van aardgas of de gebruikte hoeveelheid verpakkingsmateriaal. In de tool worden de subprocessen meegenomen die gezamenlijk de overgrote meerderheid van de totale uitstoot veroorzaken. De vertaling naar CO2-equivalenten maakt processen onderling beter vergelijkbaar. Deze vertaling is gebaseerd op factoren uit officiële databases, zoals EcoInvent. Op basis van de verwachte hoeveelheid verkochte cressen schat de tool het aantal vervoerskilometers en de hoeveelheid verpakkingsmateriaal in.

Scenario’s doorrekenen

Om goed zicht te krijgen op de impact van alle projecten is het nodig om deze ook in onderlinge samenhang te kunnen beoordelen. Het is immers mogelijk dat verschillende projecten ‘dezelfde’ CO2 besparen. Bijvoorbeeld: de keus voor lichtere verpakkingen heeft minder impact wanneer voor het transport per vliegtuig (deels) wordt vervangen door de trein. Daarom kan de gebruiker voor elk project zelf diverse parameters instellen, zoals het gewicht en de samenstelling van de verpakkingen, de efficiëntie van de kas of het transportmiddel waarmee de cressen geëxporteerd worden. Aan de hand van een startdatum kan het project op de tijdlijn worden geplaatst. Een scenario bevat een aantal projecten en een set gekozen parameters.

Over Division Q
Een proeftuin voor Startups. Division Q heeft de missie om de glastuinbouwsector te verduurzamen door het ontwikkelen en realiseren van innovatieve technologieën. Werkt daarom graag samen met startups die hier een oplossing voor hebben. Division Q geeft de ruimte om te experimenteren met een pilot, is bereid nieuwe ideeën te implementeren als launching customer en deelt graag het podium om dit verhaal te vertellen aan de sector. Door een eigen investeringsfonds is er ook de mogelijkheid om te investeren in duurzame startups. Met een groot netwerk in de sector en veel kennis en ervaring in het opschalen van innovaties in de kas, brengt Division Q als investeerder veel meer dan alleen een financiële bijdrage.

Over Gibbs
Gibbs ontwikkelt analyticsoplossingen op maat en maakt organisaties slimmer. Gibbs identificeert kansen om waarde te creëren met data. Maakt geavanceerde analyticstechnieken toegankelijk. In een toepassing op maat waar een team zelf mee verder kan met als uitgangspunt blijvende impact realiseren. Daarbij draait het om meer dan alleen techniek. Gibbs is opgericht in 2008 en inmiddels uitgegroeid tot een gerespecteerd bureau met een brede kring van opdrachtgevers, zowel commercieel als non-profit, die actief zijn binnen een veelheid aan sectoren. De projecten zijn voornamelijk gerelateerd aan marketing, sales en pricing, maar ook financiële en logistieke vraagstukken komen voorbij.

Hoe krijg je de teeltcyclus in de klas zonder enorme bedragen kwijt te zijn? Hoe kun je leerlingen zelf aan de slag laten gaan met de moderne technologie uit de glastuinbouw waar Nederland in voorop loopt? Dat hield Carly de Groot bezig als Coördinator en docent Techniek & Toepassing bij het ISW Hoogeland in Naaldwijk.

“Ik heb altijd al een passie voor techniek en technologische ontwikkelingen gehad. Ik volg dit op de voet. Ik hoop ook bij leerlingen deze passie aan te wakkeren door de nodige kennis en vaardigheden over te dragen. Ik heb een bevoegdheid als docent Nederlands, maar ook op andere scholen waar ik begon bij dat vak werd ik al binnen het jaar ingezet als techniekcoördinator of gaf ik programmeerles.”

Het ISW Hoogeland is één van de pilot-scholen waar het vak Techniek & Toepassing (T&T) als schoolexamen wordt aangeboden. Vanzelfsprekend is Carly één van de docenten die het voortouw neemt invulling te geven aan dit nieuwe vak samen met haar collega’s van het vak T&T en van O&O (Onderzoek & Ontwerpen).

“Wij zijn op het ISW Hoogeland bij T&T ook gewoon gestart met een muizenval en een knikkerbaan. Projecten die zich in de basis alleen op techniek richten. Onze school heeft ervoor gekozen T&T uit te bouwen en schoolbreed aan te bieden voor alle leerlingen. Dat zorgt ervoor dat wij als team moeten nadenken over een invulling waarbij alle leerlingen worden aangesproken.”

foto: Wouter Dill

In één van de projecten gaan leerlingen op excursie naar een wijk waar verschillende types tiny houses zijn gebouwd. Ze leren er over de energietransitie en kiezen vervolgens of zij verder willen met het ontwerpen van energie-neutrale tiny houses of zich willen verdiepen in het berekenen en uitwerken van de kosten. Dat levert als resultaat een makelaarsbrochure op. Zo kunnen leerlingen zich richten op hun eigen interesses en is er onderscheid tussen het technische en het economische profiel.

Niet alleen door te differentiëren per project worden de leerlingen gemotiveerd, ook door andere interessante casussen aan te bieden uit de omgeving in samenwerking met het bedrijfsleven.

“Ik vind tuinbouwtechnologie, de energietransitie, maar ook de wereld van de robotica onwijs interessant. Mijn collega is weer meer gericht op de HoloLens en VR-brillen. Mijn wortels liggen in het Westland. Ik kom uit een tuinbouwfamilie en tuinbouw is mij altijd blijven boeien.”

Nederland is wereldleider op het gebied van de kennis en productie in de glastuinbouw. Het ISW Hoogeland in Naaldwijk bevindt zich middenin het Westland tussen 587 kassen. Al geeft Carly aan dat dit beslist niet betekent dat er veel voorkennis is bij de leerlingen. En zelfs in Naaldwijk was het een uitdaging om de kas de klas in te brengen en de nodige samenwerkingen van de grond te krijgen.

“Ik ben actief op zoek gegaan naar een manier om de teeltcyclus met behulp van moderne tuinbouwtechnologie de klas in te krijgen. Er zijn wel bestaande leermiddelen op dit gebied die ook wat betreft tuinbouwtechniek relatief actueel zijn. Maar de lesbrieven sloten niet goed aan bij ons projectonderwijs en de samenwerking met bedrijven en het mbo. Ook is het aan de prijs vergeleken met de opstelling die we nu hebben staan.”

Via het internet was het aanbod volledig afgestruind, waarna Carly haar oplossing vond aan de overkant van de straat. De ontwerper van “Kweecker”, een kasje met kweekproducten voor in luxe restaurants, woonde toevallig tegenover de school.

De ontwerper was gestopt met de productie van de Kweecker, maar wist er nog een aantal in de opslag te staan. In samenwerking met Koppert Cress en PB-tech zijn de kassen opgeknapt en geïnstalleerd. Het is een duurzame samenwerking geworden. De bedrijven zijn nog steeds betrokken voor onder meer zaden en andere materialen.

Koppert Cress ontwikkelt nieuwe, innovatieve ingrediënten van cressen. Cressen zijn vers gekiemde plantjes van aromatische planten. Chefs gebruiken deze jonge plantjes omdat ze een intense geur en smaak hebben. Elk jaar krijgen de leerlingen van het ISW Hoogland er een kijkje in de keuken en een rondleiding door de duurzame kas van het bedrijf.

“Zonder de bedrijven om ons heen zou dit onderwijs er niet zijn. Niet alle bedrijven ervaren de urgentie. Dat zal niet lang meer duren. Zeker als we het hebben over teeltechnologie. Dat groeit alleen maar.”

Bij het vak T&T gaan leerlingen aan de slag met het kweken van cressen en leren zo de algemene teeltcyclus en die van een cress kennen. Ze kunnen experimenteren met de temperatuur of verschillende kleuren LED-verlichting van fluoriserend roze tot fel blauw.

“We testen de verduistering voordat zaden ontkiemen. Het verschil zit in de hoeveelheid dagen waarin de planten verduisterd worden. Hoe lang een plant verduisterd moet worden verschilt per ras. We gebruiken nu op school allemaal zaden met dezelfde snelheid. Met een korte groeicyclus kunnen we sneller experimenteren. Leerlingen kunnen zelf het verschil zien wat hun instellingen doen met de groei.”

Bij Technologie & Toepassing zijn de kassen en het leren over de werking ervan onderdeel van een groter project. Leerlingen denken na over het ontwerpen en realiseren van een kleine kweekbox voor thuis. Opnieuw is er een keuze, want zij kunnen ook aan de slag met het bouwen en vormgeven van een applicatie. Daarbij ligt de focus op voeding, een gezonde lifestyle en hoe de aromatische kleine plantjes verwerkt kunnen worden in alledaagse recepten. De kassen zijn een vast onderdeel van het project in leerjaar 3 bij T&T. Op school worden de kassen nu ook in de andere leerjaren en vakken ingezet.

Als tip voor andere scholen die aan de slag willen met een kas geeft Carly aan laagdrempelig te beginnen met kleine kweekboxjes of zelfs met de moestuintjes van de supermarkt. Een belangrijk aandeel van het succes bij haar op school ligt volgens haar in de samenwerking. “Het is fantastisch om een link te kunnen leggen tussen de tuinbouw om ons heen en het onderwijs. Het project is er een waar ik trots op ben, maar dat zou nooit gelukt zijn zonder de bedrijven en mbo’s uit de regio.”

Technologie & Toepassing (T&T) is een nieuw schoolexamenvak op het vmbo. Op dit moment kunnen alleen scholen die meedoen aan de pilot het vak officieel als examenvak aanbieden. ISW Hoogeland is een van de pilotscholen voor Techniek & Toepassing. Andere scholen die T&T geven doen dit extra-curriculair.

T&T lijkt in de opzet veel op het vak O&O (Onderzoek en Ontwerpen). Leerlingen werken alleen of in een groepje aan opdrachten van bedrijven en instellingen waar een technologische oplossing voor nodig is. Al naar gelang de opdracht kan de lesinhoud en de uitkomst verschillen. Leerlingen bouwen bijvoorbeeld een escaperoom of werken aan slimme manieren van betalen. Ze ontwerpen een duurzaam zwembad of bedenken hulpmiddelen waarmee ouderen langer thuis kunnen wonen. Leerlingen doen onderzoek, gaan een kijkje nemen in de praktijk of werken aan hun ontwerp.

Het idee is dat leerlingen leren samenwerken, organiseren, onderzoeken en presenteren. Door de verschillende soorten opdrachten vanuit allerlei organisaties ontdekken ze waar zij goed in zijn en kunnen zij zich beter oriënteren op hun loopbaan of vervolgopleiding.

Op de website van SLO is meer informatie te vinden over het examenprogramma, het PTA en de samenwerking met het mbo. Zie nvon.tk/tent

Bron: Lente-editie van Terugkoppeling – nvon.nl/terugkoppeling
Foto: Wouter Dill

Energiecrisis, oppervlaktewatervervuiling, stikstofemissie; in deze dynamische tijd staat het bestaansrecht van de glastuinbouw onder druk. Verduurzaming is noodzaak. Op dit gebied speelt Koppert Cress een vooraanstaande rol in de tuinbouw. Echter, het bedrijf wil de komende jaren de volgende stap zetten en volledig emissieloos gaan telen. Het bedrijf zet daarom vol in op innovatie door samen te werken met veelbelovende startups en wil de rest van de sector inspireren dit voorbeeld te volgen. Daarom heeft Koppert Cress besloten haar duurzame innovaties onder te brengen in een nieuw bedrijf dat zich daar 100% op gaat richten: Division Q.

Samenvattend is het doel van Division Q om Koppert Cress emissieloos te laten telen dóór duurzame innovatie en vormt het bedrijf de toegangspoort tot de tuinbouw vóór duurzame innovaties.

Achtergrond

Al vele jaren vormen duurzame innovaties een belangrijke pijler in het succes van glastuinbouwbedrijf Koppert Cress uit Monster. Het bedrijf hecht er veel waarde aan haar cressen en specialties voor de gastronomie zo duurzaam mogelijk te produceren. Zo was Koppert Cress één van de allereerste grootschalige gebruikers van LED belichting en wordt op unieke wijze gebruik gemaakt van warmte- en koudeopslag, zonthermie en aquathermie. Ook opent het bedrijf graag haar deuren voor startups om te pionieren met hun nieuwe technieken in de kas. In 2016 leverde dit Koppert Cress al de Koning Willem I Plaquette op als duurzaamste bedrijf van Nederland in het MKB.

Voor de toekomst legt Koppert Cress de lat nog hoger. Naast de groei in de afzet van cressen en specialties, is verdere verduurzaming van het bedrijf expliciet onderdeel van het bedrijfsplan. In 2025 wil het bedrijf CO2-neutraal zijn, geen fossiele brandstoffen meer gebruiken en alleen nog maar schoon water lozen. Volledig emissieloos telen dus. Om deze doelstelling te behalen lanceert Koppert Cress een nieuw zusterbedrijf: Division Q. Alle duurzame innovatieprojecten bij Koppert Cress zullen door Division Q worden uitgevoerd. En als impact-investeerder in veelbelovende startups gaat Division Q zich ook actief bezig houden met het delen van deze technieken en ervaringen met de rest van de tuinbouwsector.

Deze nieuwe divisie is een knipoog naar Q; de slimme uitvinder uit de James Bond reeks. Niet alleen heeft Q ook echt bestaan, hij adviseerde Bond-schrijver Ian Flemming, Q staat ook voor ‘Quartermaster’; kwartiermaker; precies de rol die Division Q inneemt.

Activiteiten

Op basis van de internationale standaarden voor CO2-emissie initieert én realiseert Division Q projecten om de emissie van Koppert Cress te reduceren. Naast eigen ontwikkelingen, zoals zonthermie en bioreactoren voor waterzuivering, wordt intensief samengewerkt met startups. De afgelopen jaren hebben o.a. PATS (drones), Thermeleon (warmtebatterijen), PAR+ (coating) en BBBLS (isolatie) hun innovaties bij Koppert Cress getest en opgeschaald.

Met 10 hectares aan zeer diverse kassen (80 verschillende soorten teelt!), een team dat volledig is ingesteld op innovatie, een uniek netwerk en publiciteit, schept Division Q dé randvoorwaarden om innovaties in de praktijk tot volle wasdom te laten komen. Het bedrijf wil niet ‘de zoveelste incubator voor startups’ worden, maar wil de toegangspoort tot de praktijk zijn.

Division Q wil in de hele sector impact maken. Daarom zal het bedrijf niet alleen innovatieprojecten gericht op Koppert Cress uitvoeren, maar deze technieken ook voor de rest van de tuinbouw beschikbaar maken. Division Q zal als vroege-fase investeerder gaan participeren in veelbelovende startups. Ook zal Division Q samen met partners middels licenties haar eigen innovaties uitrollen.

Productontwikkelaar Bart van Meurs zal leiding gaan geven aan Division Q. Sinds 2010 heeft hij gewerkt aan de technische innovaties binnen Koppert Cress en heeft daarnaast diverse, veelal op duurzaamheid gerichte innovatieprojecten in de glastuinbouw geleid. Uiteraard werkt Van Meurs intensief samen met het team van Koppert Cress en boegbeeld Rob Baan.

Lancering

Op woensdag 28 september vond de officiële lancering van Division Q plaats. Alle partijen die een rol hebben in de projecten van Division Q waren aanwezig in Monster: startups, overige partners en faciliterende bedrijven. Na introducerende woorden van Rob Baan, Bart van Meurs en het management van Koppert Cress, namen de bedrijven zelf het woord. In pitches van 1 minuut volgde een inspirerende kennismaking, die tijdens de borrel veel vervolg kreeg. Het glas kon worden geheven op een veelbelovende start van Division Q. ‘Shaken, not stirred’ uiteraard!